De imagocrisis van China in Ghana

Terwijl de Chinese investeringen in het grondstoffenrijke Ghana toenemen, komen er ook meer negatieve reacties tegenover Chinese arbeiders. Cui Shoujun, hoofd van de onderzoeksafdeling van het Centre for International Energy Strategy Studies aan de Renmin universiteit van Beijing verbleef drie maanden ter plaatse om er het imago van China te bestuderen. We vertaalden zijn rapport dat oorspronkelijk verscheen op de website van de Brits-Chinese ngo Chinadialogue.

Illegale Chinese mijnwerkers

Illegale Chinese mijnwerkers


Het klinkt vriendelijk wanneer men “Hallo, Chinees”roept, maar de meeste Chinese arbeiders begrijpen het niet en antwoorden nauwelijks met een glimlach. Eigenlijk is de begroeting misschien niet eens vriendelijk, het is eerder een etiket dan een verwelkoming.
De Chinezen die langere tijd in Ghana verblijven behoren tot vier groepen: welstellende handelaars en zakenmensen; geschoolde vaklui zoals technici, ingenieurs, hulpverleners, leraren en gezondheidswerkers; de grootste groep, de werknemers van Chinese privé of staatsbedrijven; en tenslotte de echte Chinese immigranten, die gekomen zijn om te blijven. In een toespraak in 2009 schatte de Chinese ambassadeur in Ghana dat er 10.000 landgenoten in het land verbleven. Men mag aannemen dat dit aantal sindsdien snel gestegen is.
China begon contacten te leggen met West-Afrika in de jaren 50, omwille van ideologische redenen en ook om de Derde Wereld aan zijn kant te krijgen in de rivaliteit met de Sovjet-Unie. Ghana ligt aan de noordkust van de golf van Guinee; het was een Britse kolonie met veel grondstoffen, daarom noemde men het destijds de Goudkust. In 1957 werd het als eerste land ten Zuiden van de Sahara onafhankelijk. Vandaag kent het een stabiele economische groei, een politiek systeem met twee partijen en onafhankelijke media. De diplomatieke betrekkingen tussen Ghana en China dateren van 1960, en China is de grootste handelspartner van Ghana. De bilaterale handel bedroeg 3,5 miljard dollar in 2011, en Chinese investeringen nemen snel toe. Maar Ghana heeft een belangrijk handelstekort met China: Ghana voerde in datzelfde jaar slechts voor 400 miljoen dollar uit naar China.

Negatief imago

De Chinezen in Ghana beseffen nauwelijks dat de lokale bevolking een negatief beeld van hen heeft. De Ghanezen zijn vriendelijk en uiten zelden negatieve gevoelens. De Chinezen van hun kant kunnen de lokale kranten niet lezen, waardoor ze veel informatie missen. Chinezen blijven vaak onder elkaar en integreren niet echt in de lokale cultuur.  Daardoor is er een ‘kloof’ – die moeilijk te overbruggen is- tussen het zelfbeeld dat Chinezen hebben en het imago van de Chinezen als ‘de anderen’ in de Ghanese maatschappij en media. De negatieve beeldvorming in de maatschappij en de media valt uiteen in categorieën:
Er zijn om te beginnen negatieve reacties op Chinese investeringen. De opinies daarover zijn scherp verdeeld. De Ghanese academici en de overheid verwelkomen over het algemeen Chinese investeringen, in de overtuiging dat ze de economische groei op het continent voortstuwen. Ambtenaren citeren de ambassadeur van Sierra Leone in China die ooit verklaarde: ‘Indien een land van de G8 ons nationaal stadium had willen herbouwen, dan zouden we nu nog aan het vergaderen zijn. De Chinezen kwamen gewoon en bouwden het voor ons’. Een opiniepeiling bij Ghanese studenten gaf ook als resultaat dat een grote meerderheid de rol van de Chinese investeringen positief ziet.
Maar tegenstanders wijzen op negatieve factoren zoals politieke bijbedoelingen, slechte arbeidsomstandigheden en gebrek aan respect voor mensenrechten, en dit is het standpunt dat dikwijls in de media wordt weergegeven. China wordt er voorgesteld als een land dat de regels van het spel niet volgt en dat de economische belangen van Ghana schade toebrengt.
Sommige Ghanese ambtenaren stellen ook vragen bij de motieven. Zo de voormalige minister van Parlementszaken, die ooit zei: ‘het Chinese kapitaal is even genadeloos is als dat van Wall Street- het komt hier om geld te verdienen’.
Vervolgens is er de manier waarop men de Chinese werkers bekijkt. Tot mijn verrassing vroegen veel van mijn vrienden die voor de Ghanese regering werken of de Chinese arbeiders die naar Ghana gestuurd worden gevangenen zijn. Bij een enquête onder willekeurig gekozen personen ontdekte ik dat velen van hen geloven dat de Chinese arbeiders op bouwwerven gevangenen zijn, omdat ze vuile kleren dragen en vele uren per dag hard werk verrichten.Wanneer ik daarover sprak met de Chinese werkers dan waren ze geschokt en boos. Een bouwvakker uit Anhui vertelde dat hij naar Ghana gekomen was om geld te sparen zodat zijn zoon naar de universiteit zou kunnen gaan. De Ghanese minister van Onderwijs heeft op televisie de bewering dat China gevangenen stuurt weerlegd maar het idee blijft wijdverspreid.
Nog een punt is de mening dat Chinese arbeiders wellustelingen zijn. In de Ghanese kranten en op websites circuleren dikwijls geruchten over Chinese arbeiders die kinderen verwekken bij Afrikaanse vrouwen, of over gevallen van seksuele intimidatie door Chinese arbeiders. Dit is een zeer delicaat onderwerp. Zo verscheen in de lokale media een verhaal over een Ghanese vrouw die zwanger werd nadat ze door een Chinese collega zou verkracht zijn. De directie van het Chinese bedrijf was woedend en de vrouw werd met haar ouders op de werf uitgenodigd om de schuldige aan te wijzen; dat kon ze echter niet. Later verklaarde de regering dat aangezien er geen openbare beschuldiging geweest was, er ook geen proces wegens intimidatie kon plaatsvinden.
Er zijn natuurlijk altijd uitzonderingen, maar uit mijn onderzoek bleek dat de meeste Chinese arbeiders als vrijgezel leven, zowel uit plichtbewustzijn als omdat ze, zo beweren ze, zich niet aangetrokken voelen tot Afrikaanse vrouwen. Overigens kwam hieruit een ander gerucht voort, namelijk dat de Chinese arbeiders “een sex-vaccin” kregen vóór hun vertrek, om hun libido te stoppen.

Lage productkwaliteit en toenemende misdaad

Ten vierde is er de bezorgdheid over de kwaliteit van de Chinese producten. Men vindt veel Chinese producten in Ghana, van tandenborstels en schoenen tot motorfietsen en traditionele Chinese geneesmiddelen (zoals zoete alsem, in gebruik tegen malaria). Er komen overal winkeltjes van Chinese producten, meestal eigendom van en uitgebaat door Chinezen. Maar sommigen klagen over de povere kwaliteit van de Chinese goederen. De media beweren dat China de kwaliteitsproducten naar de EU en de VS stuurt terwijl de rommel en soms zelfs namaak naar Afrika uitgevoerd wordt. In feite voert China zowel producten van hoge kwaliteit als van lage kwaliteit uit naar Afrika: de betere kwaliteit vindt men in grote supermarkten en winkelketens, de producten van slechte kwaliteit in afgelegen gebieden en in dorpen.
In de media stond eens dat 400 Chinese bussen die als hulp gegeven waren aan het stedelijk openbaar vervoer, buiten gebruik waren wegens een kwaliteitsprobleem. Een Nederlandse ingenieur moest de zaak onderzoeken maar besloot dat de bussen volgens de kwaliteitsnormen oké waren. Het probleem was dat verslijtbare onderdelen niet vervangen werden, door gebrek aan ervaring van de mecaniciens, het ontbreken van een gebruiksaanwijzing in het Engels en ook doordat het weer in Ghana warmer was dan in de streken waarvoor de bussen ontworpen waren. De Ghana News Agency bevestigde later dat men water in de koeltanks gegoten had in plaats van speciale koelvloeistof, waardoor er roest ontstond, oververhitting en verstoppingen. Chinese producten zijn goedkoop en bieden de Afrikaanse verbruikers meer keuzemogelijkheden, wat helpt om hun levenskwaliteit te verbeteren.
Er zijn ook meer en meer rapporten over Chinezen die een misdaad plegen in Afrika, zoals mensenhandel,  seksindustrie, illegale mijnbouw en –visvangst. Maar Afrikanen zien dikwijls niet het verschil tussen een Chinees, een Koreaan, een Vietnamees of een Japanner; alle misdaden door iemand van die nationaliteiten worden op de rug van de Chinezen gestoken.
Uit dit Ghanese geroddel wordt duidelijk dat de Chinezen in Ghana met een crisis van hun imago moeten afrekenen.
Bron: Chinadialogue
https://www.chinadialogue.net/article/show/single/en/6005-Special-report-China-s-image-crisis-in-Ghana
Voor meer informatie over de betrekkingen tussen beide landen:  http://en.wikipedia.org/wiki/China%E2%80%93Ghana_relations
Specifiek over Chinese investeringen in Ghana: http://dspace.africaportal.org/jspui/bitstream/123456789/32408/1/Ghana-China-Investment-Relations.pdf?1

Print Friendly, PDF & Email

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *