Strijd tegen corruptie gaat vooruit (upd)

De strijd tegen corruptie staat ook deze week volop in de publiciteit. De premier eist strengere audits naar het gebruik van overheidsgeld, met name voor de armen. Functionarissen die de armen ondersteunen worden tot voorbeeld gesteld.

Wang Qishan bij de lancering van de website tegen corruptie

Wang Qishan bij de lancering van de website tegen corruptie

Het ‘2013 anti-corruptie rapport’ is uit. Het brengt resultaten en voornemens die niemand van laag tot hoog sparen en de opsteller van het dossier,  de dienst voor de controle op de onkreukbaarheid en discipline (CCDI) heeft vandaag een persconferentie gegeven. Van acht bekende hoge ambtenaren is het onderzoek afgerond en zij moeten nu voor het gerecht verschijnen. Vijf van deze mensen waren topkaders in een provincie, twee hadden een leidinggevende positie in departementen van de centrale regering en een was een directeur van de staatsbank. Huang Shuxian, die waarnemend secretaris CCDI is en minister van Toezicht, noemde: Zhou Zhenhong, Liu Tienan, Ni Fake, Wang Suyi, Li Daqiu, Tong Mingqian, Yang Kun and Qi Pingjing. Het onderzoek naar de handel en wandel van 23 andere topambtenaren loopt  verder. Jiang Jiemin, voormalig hoofd van het Toezicht op de Staatsbedrijven (SASAC) en Li Dongsheng, voormalig onderminister van Openbare Veiligheid werden daarbij met naam genoemd. De CCDI heeft vorig jaar 182.000 functionarissen gestraft, dat is ruim dertien procent meer dan in 2012, en daarvan kregen bijna twee derde een disciplinaire sanctie van de partij en ongeveer 50.000 personen een administratieve sanctie. De CCDI meldt dat het vorig jaar twee miljoen tips van burgers heeft gekregen. De website van de dienst, gestart eind 2013, krijgt iedere dag meer dan 700 meldingen binnen.

Audits tellen mee

Dan is er ook nog de Nationale Auditdienst (National Audit Office, NAO). Die gaat vooral over de aanwending van het overheidsgeld. De NAO hield een conferentie om zijn jaarrapport te bespreken, waar premier Li Keqiang bij aanwezig was. De boekhouders van de overheid hebben 970 aanwijzing van corruptie gevonden bij hun inspecties. Bij een uitgebreide steekproef in twee autonome regio’s (Guangxi Zhuang en Ningxia Hui) en vier provincies (Yunnan, Guizhou, Shaanxi en Gansu) ontdekten ze ook dat in alle 19 arrondissementen die ze daar inspecteerden de fondsen voor armoedebestrijding verkeerd werden gebruikt. Soms ging het geld naar andere activiteiten, soms waren er particulieren die het misbruikten voor eigen verrijking, in enkele gevallen werd het geld gewoon niet ingezet. Er waren ook arrondissementen die onterecht de status van ‘behoeftige regio’ hadden verkregen of behouden. Miljoenen yuan zullen worden teruggevorderd om het overigens succesvolle programma van armoedebestrijding nog efficiënter te laten verlopen. Premier Li Keqiang heeft erop aangedrongen de schuldigen streng te straffen en vraagt de NAO om een belangrijke rol te blijven spelen bij de bevordering van een goed en schoon bestuur en bij het voorkomen van financiële risico’s. Zo moet bijvoorbeeld ook de richtlijn om geen nieuwe overheidskantoren te bouwen strikt worden nageleefd. Waarnemers en experts vinden dat de auditdienst inderdaad een belangrijke functie heeft. Hij heeft indertijd een hoofdrol gespeeld in de ontmaskering van voormalig minister van Spoorwegen Liu Zhijun. De dienst had door meer waakzaamheid misschien eerder kunnen wijzen op problematische leningen en nog beter kunnen waarschuwen voor de gevaren van schaduwbankieren. Zo had hij het regulerende werk van de Centrale Bank kunnen ondersteunen en had de bank wellicht niet zo streng moeten optreden bij het dichtkraaien van de geldkraan in juni en december.

Het goede voorbeeld

‘Het kan ook anders’, lijken de media te suggereren door hun berichten over initiatieven waarbij kaderleden zich hebben laten overtuigen om regelmatig verarmde bevolkingsgroepen en gezinnen op te zoeken en noodprogramma’s voor hen te regelen. De stad Jining (acht miljoen inwoners) en de rest van de provincie Shandong, het zuidwesten van Tibet  en het district Baodi van destadsregio Tianjin kennen dat soort acties. Kaderleden gaan op verzoek van hun organisatie de wijken in, collecteren geld onder elkaar en komen ten slotte met het echte werk dat zoden aan de dijk zet: voorstellen voor systematische steunprogramma’s van de overheid. Dat alles omdat ze door in contact te komen met armen doordrongen raken van het besef dat bij hen een belangrijk onderdeel van hun taak ligt.

Bronnen: SCMP, Xinhua, China Daily

Zie ook CCDI’s website feedback call to ensure transparancy
en   CPC mass line benefits poverty-hit families
artikelen van Xinhua

Print Friendly, PDF & Email

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *