Instant oorlog tegen China?

Het lijkt wel alsof de VS zich met grote spoed opmaakt voor een gewapend conflict met China, en bondgenoten in en buiten de NAVO aanport om dat ook te doen.

oorlog
afbeelding Morning Star (disclaimer)

De wereld onderging de laatste weken een spervuur van oproepen om met de ‘Chinese dreiging’ af te rekenen via Taiwan. Gaat het om een koude of om een hete oorlog met alles erop en eraan (de nucleaire optie)?

Dreiging?

Invloedrijke leden in het establishment van de Amerikaanse buitenlandse politiek hameren er al langer op: niets is belangrijker voor de Amerikaanse ‘nationale veiligheid’ dan de kwestie China. Onderzoekers van de RAND corporation en minister van Defensie Lloyd Austin hebben China bestempeld als de ‘grootste bedreiging’. De NAVO heeft China sinds juli 2022 officieel uitgeroepen tot ‘kwaadwillende macht’ en ‘bedreiging’. Vanaf het begin van dit jaar zagen we echter meer: een welhaast hysterische campagne in woord en daad. We zetten enkele hoofdmomenten in de opmerkelijke en angstwekkende ontwikkeling op een rij.

Kroniek van een aangekondigde oorlog?

Op 5 januari publiceert het gezaghebbende magazine Foreign Policy een reeks van 12 essays getiteld ‘Lessen voor de volgende oorlog’. De auteurs zijn onder andere David Petraeus, voormalig CIA-directeur en commandant van het Amerikaanse leger, Anders Fogh Rasmussen, voormalig NAVO-secretaris-generaal. Verder zijn er bijdragen van het militaristische Center for a New American Security (CNAS) en de neoconservatieve Foundation for Defense of Democracies (FDD). Elk artikel legt het verband met de oorlog in Oekraïne en ziet in dat conflict een perfecte reden of gelegenheid voor de VS om zich voor te bereiden op een aanstaande oorlog in Taiwan tegen China.

Wapens, wapens, wapens

De auteurs beginnen uiteraard met de verzekering dat zij China ‘enkel willen afschrikken’, maar gaan al gauw over tot concrete suggesties over de beste strategie tegen China. Voor oud-generaal Petraeus moeten de ‘Verenigde Staten en hun bondgenoten in de Indo-Pacific prioriteit geven aan grote aantallen relatief goedkope, zeer mobiele anti-scheeps- en luchtafweerraketten. Die kunnen worden verspreid en gemanoeuvreerd tussen de eerste en tweede eilandketens tegen de steeds formidabelere zee- en luchtmacht van Beijing’. Voormalig NAVO-secretaris Rasmussen wil Taiwan helemaal vol laten stouwen met wapens: ’wapens zijn wat telt. . .China moet zien dat de kosten van een invasie simpelweg te hoog zijn om te dragen’.

Les van de geschiedenis

In sommige van de essays spreken de experten over de noodzaak de economische oorlogsvoering op te drijven en totale controle te verwerven over de informatiestroom. Dat doet denken aan de manier waarop de VS ooit een andere oorlog in Azië – de Vietnamoorlog – heeft voorbereid: blijven verzekeren dat ‘de VS de vijand alleen maar wil afschrikken, maar zich met overweldigend wapenoverwicht zal verdedigen’, en ervoor zorgen dat kritische stemmen als naïevelingen en verraders worden weggezet of worden gesmoord.[1]
Het verschil is natuurlijk dat de consequenties veel groter zouden zijn en dat de wapens nu al (ook de ideologische) veel gesofisticeerder zijn.

Drukte in de Stille Oceaan

Twee dagen na de publicatie in Foreign Policy onthult James Bierman, topgeneraal van de VS, in de Financial Times, dat de VS al bezig is het ‘gevechtstheater in gereedheid te brengen’ (‘zo noemen wij dat’ zegt Bierman) in Japan en de Filipijnen. Op dezelfde dag vaart een destroyer van de Amerikaanse marine door de Straat van Taiwan, de eerste dergelijke doorvaart die de Amerikaanse marine dit jaar heeft gemeld. Washington  beweert opnieuw dat het gaat om een ‘vrijheid van navigatie’-operatie. De grote media slagen er niet in te bedenken dat China uiteraard de handelsvaart niet belemmert en ook niet van plan is daar ooit mee in de eigen voet te schieten.

Weer een dag later: het Center for Strategic and International Studies (CSIS) brengt een studie uit: een oorlogssimulatie tussen de VS en China over Taiwan. Conclusie:  ‘Chinese pogingen om het eiland binnen te vallen’ zouden mislukken, tegen hoge kosten voor de legers van alle partijen.

Provoceren om zich te profileren

Op 23 januari wordt voor het eerst het gerucht verspreid dat de voorzitter van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden Kevin McCarthy aan het hoofd van een officiële delegatie een bezoek zal brengen aan de Chinese provincie Taiwan en de leiding die daar streeft naar afscheuring van China. Het gerucht wordt later min of meer formeel van vele kanten bevestigd. Alweer een flagrante inbreuk op de Eén-China politiek die Washington nog steeds zegt te huldigen. De provocatie is nog groter dan die van Nancy Pelosi en kan enkel bedoeld zijn om een hevige reactie van China uit te lokken en zo de ‘agressiviteit van Beijing’ aan te tonen. Ook die invalshoek laten onze media niet zien. In Europa zullen een week later ijverige politici tonen dat ze niet achter willen blijven. De pas verkozen Tsjechische president Petr Pavel, een gepensioneerd NAVO-generaal, belooft de separatistische leider Tsai Ing-wen dat hij haar persoonlijk wil ontmoeten, nadat ze hem heeft opgebeld om hem te feliciteren met zijn verkiezing. Het persbureau Reuters schrijft dat beiden hun boekje te buiten gaan, want Tsjechië heeft geen diplomatieke banden met Taiwan, en noemt het een ‘diplomatieke coup’. De Tsjechische parlementsvoorzitter Marketa Adamova belooft prompt dat zij ook naar Taiwan zal gaan begin maart. In het Britse Lagerhuis circuleert een voorstel van het Comité Defensie om het nucleaire pact AUKUS uit te breiden met Japan.

straatbeeld Shanghai 2020 (foto Xinhua) disclaimer

Een datum voor doomsday

Op 27 januari citeert The Washington Post een hoge Amerikaanse militair die meteen maar een jaartal heeft gegeven waarop de oorlog zal beginnen. Generaal Michael A. Minihan, hoofd van toezicht op de vloot van transport- en tankvliegtuigen bij het Air Mobility Command, waarschuwt zijn manschappen om hun voorbereidingen voor de strijd te bespoedigen, want ‘zijn gevoel zegt hem’ dat ‘we in 2025 zullen vechten’. Minihan beweert dat Xi Jinping al klaar is: ‘hij blijft president en heeft een krijgsraad samengesteld’. ‘De aanleiding zal zijn: de verkiezingen in Taiwan. Het moment zal geschikt zijn omdat de VS minder waakzaam zal zijn vanwege de eigen presidentsverkiezingen’.

Op 2 februari zegt William Burns, directeur van de Amerikaanse geheime dienst CIA, dat de Verenigde Staten ‘inlichtingen hebben’ dat Xi zijn leger heeft bevolen om klaar te staan voor een invasie van Taiwan tegen 2027. Burns gebruikt het verhullende, onschuldig klinkende woord concurrentie, net zoals zijn baas, president Biden. ‘De concurrentie met China is uniek in haar omvang, omdat zij zich werkelijk over zowat elk domein uitstrekt, militair en ideologisch, economisch, technologisch, alles van cyberspace tot de ruimte zelf. Het is een wereldwijde concurrentie die nog heviger zou kunnen zijn dan die met de Sovjets’.

Ronselaars in de regio

Op 2 februari ontmoet president Ferdinand Marcos Jr. van de Filipijnen de Amerikaanse minister van Defensie Lloyd Austin in Manilla, waar zij overeenkomen de Amerikaanse militaire aanwezigheid in het land uit te breiden. In een gezamenlijke verklaring komen de twee regeringen overeen ‘hun plannen inzake versterkte defensiesamenwerking (EDCA) te versnellen’ en ‘vier nieuwe overeengekomen locaties in strategische gebieden van het land aan te wijzen’.

Begin februari brengt Jens Stoltenberg, de secretaris van de NAVO een bezoek aan Zuid-Korea en Japan om deze twee buurlanden verder te rekruteren voor een front tegen China. Japan (175 miljoen inwoners) heeft de pacifistische beloften uit zijn grondwet van na de Tweede Wereldoorlog al op de schroothoop gegooid en zal zijn militaire budget opdrijven tot ongeveer 73 miljard dollar, het derde grootste in de wereld na de Verenigde Staten (332 miljoen inwoners) en China (1,412 miljard inwoners). NAVO Secretaris-Generaal Stoltenberg prijst Japan ‘voor zijn nieuwe Nationale Veiligheidsstrategie en Nationale Defensiestrategie, die getuigen van een grotere ambitie, inclusief de nieuwe capaciteiten en verhoogde defensie-uitgaven’.

Ballon

Dan komt het voorlopige hoogtepunt van de anti-Chinese furie. Een op drift geraakte Chinese weerballon drijft vrij duidelijk zichtbaar boven het Amerikaanse grondgebied. Het ministerie van Buitenlandse Zaken van China betreurt ‘dat het luchtschip het Amerikaanse luchtruim is binnengekomen als gevolg van overmacht’. China stelt voor om’ te blijven communiceren met de Amerikaanse tegenpartij om deze onverwachte situatie veroorzaakt door overmacht op de juiste manier af te handelen’. Amerikaanse politici en media beginnen over een ‘schending van de soevereiniteit’, en raken maar niet uitgeraasd over het incident. Daarbij vergeten ze uiteraard de ontelbare zeer reële en buitensporige overtredingen van de VS tegen de nationale en territoriale soevereiniteit die de VS standaard begaat, met satellieten, maneuvers, staatsgrepen, intense spionage enz. Minister van Buitenlandse Zaken Blinken laat weten dat hij voorlopig niet naar Beijing gaat om de relatie tussen de VS en China te helen. De Amerikaanse North American Aerospace Defense Command (NORAD) schiet de ballon uit de lucht en vernietigt in de dagen erna nog andere ballons en unidentified flying objects (niet-geïdentificeerde vliegende voorwerpen), in het luchtruim van de VS en 1 in dat van Canada. President Biden zinspeelt op de ballon-affaire in zijn State of the Union: ‘Als China onze soevereiniteit bedreigt, zullen we optreden om ons land te beschermen. En dat hebben we gedaan’. De Chinese Global Times noemt de VS een ‘hysterisch en overgevoelig’ land.

Ernstig blijven

Op internet wordt er, vooral buiten de VS, lacherig gedaan. Margaret Kimberley, vredesactiviste en columniste van Black Agenda Report ziet het echter serieuzer en scherper. Volgens haar ‘hopen’ politici en militairen ‘een provocatie te vinden of te creëren die zal resulteren in steun van het congres en het publiek voor sancties of zelfs militaire actie’. Zij worden toegejuicht door de Amerikaanse media. ‘Of het nu gaat om sensatiebladen of gereputeerde kranten die zogenaamd van hogere kwaliteit zijn, ze treden nu op als dienstknechten van de Amerikaanse staat’, schrijft Kimberley.

De argumenten 

Opvallend is dat Oekraïne nu steeds terugkeert in de bewijsvoering van diegenen die hopen op een nieuw sanctieregime of zelfs een echte oorlog. Dr. Jenny Clegg, een China-kenner die actief is in de Campaign for Nuclear Disarmament en de Stop the War Coalition, zet hun argumenten op een rij. ‘Wat we leren van Oekraïne is dat de beste manier om de vrede te bewaren is ons voor te bereiden op oorlog. We moeten niet dezelfde fouten maken als in Oekraïne door niet vooraf te bewapenen; we moeten Taiwan nu steunen. De inval van Rusland in Oekraïne vergroot de kans dat China Taiwan zal binnenvallen’.  Waar Clegg aan toevoegt: ‘alsof een land zichzelf kan binnenvallen, Taiwan is door de VN erkend als deel van China’.

Washington maakt gebruik van de oorlog in Oekraïne en alle politieke propaganda er omheen om niet alleen landen in Europa te verleiden of zelfs onder druk te zetten en voor een sterke opleving van het militarisme te zorgen. Op het eerste gezicht en voorlopig is dit vooral gericht tegen Rusland, met China als afgeleide. In Oost-Azië is China directer en duidelijker het doelwit, met als brandpunt bij uitstek: Taiwan.

Coalition of the willing

Japan is nu samen met Australië een koploper van het militarisme in de Pacific. Australië mag nucleair aangedreven onderzeeërs aanschaffen via het AUKUS-pact met de VS en het VK. Japan dat tot 1945 de agressor was op het oorlogstoneel in Azië kent nog steeds een politieke richting van personen die heimwee hebben naar het letterlijk imperialistische verleden. In het Britse Lagerhuis circuleert een voorstel van het Comité Defensie om het nucleaire pact AUKUS uit te breiden met Japan.

Van de structuur om China te belagen is ook de QUAD een belangrijk onderdeel. Dit is een groep die zowel diplomatiek overleg als militaire manoeuvres organiseert en waarvan (alweer) de VS, Australië en Japan lid zijn, maar ook India. De VS stelt alles in het werk om in het Oosten de anti-Chinese bondgenootschappen onder zijn leiding uit te breiden: aan Nieuw-Zeeland, Zuid-Korea en zelfs aan Vietnam (met zijn systeem dat nochtans net als dat van China socialistisch is) werd al gevraagd om op treden als QUAD-plusleden.

Verder heeft de VS bilaterale militaire banden met Japan, Zuid-Korea, Thailand, Singapore en de Filipijnen, die de afgelopen weken in sommige van die landen dus versterkt zijn.

De vraag lijkt voor de VS alleen nog of zijn strategie meer gebaat is bij een aparte ‘Aziatische NAVO’ of bij een Aziatisch filiaal van het als Noord-Atlantisch begonnen bondgenootschap. In elk geval, zowel in Europa als in Azië speelt de door de VS gedomineerde en bestuurde NAVO de rol van organisator en hoofdkwartier.

Europa quo vadis?

Welke rol krijgt Europa in de Amerikaanse oorlogsstrategie tegen China, in Azië zelf? Misschien zal er van Europa dit keer niet gevraagd worden om militaire bijstand, zoals tanks en raketten voor Oekraïne. Je weet het natuurlijk nooit, de regeringen van bepaalde landen kunnen genegen zijn zelfs dat te verlenen. Het enthousiasme om de VS ter wille te zijn met betrekking tot de uitgelokte oorlog in Oekraïne doet vriend en vijand versteld staan. Het Verenigd Koninkrijk vormt de voorhoede. Het schoolvoorbeeld is natuurlijk het AUKUS-pact waar het VK deel van uitmaakt. Het vliegdekschip Queen Elizabeth nam deel aan gezamenlijke militaire oefeningen in de Zuid-Chinese Zee – onder de vlag van toenmalig premier Johnson’s Global Britain toen het pact tot stand kwam. Om de verhoudingen duidelijk te maken: de F35-straaljagers op het schip behoorden toe aan de US Air Force. Jenny Clegg, merkt op: ‘het VK heeft onlangs een belangrijke overeenkomst gesloten met Japan en Italië voor de bouw van de volgende generatie gevechtsvliegtuigen met hypersonische wapens. Het VK trekt hiervoor 2 miljard pond uit en belooft hoogwaardige banen voor geschoolden, kansen voor honderden bedrijven en hogere belastinginkomsten. Pricewaterhouse Coopers schat dat 21.000 banen tegen 2050 zo’n 26 miljard pond zullen bijdragen aan de economie’. Een grote uitdaging voor de vredesactivisten in de Britse vakbeweging.

Meer economische offers?

Waarschijnlijker is echter dat Europa vooral nog meer economische offers zal moeten brengen. Een van de eerste prioriteiten van de huidige Amerikaanse regering was al het ondermijnen van het historische investeringsverdrag dat China en de Europese Unie in december 2020 hadden gesloten. Het verdrag is bevroren, na een spelletje tennis met sancties (rond Xinjiang en Hongkong) waar de VS met succes op had aangestuurd.

Bekend is het ‘verzoek’ van Washington om Nederland (samen met Japan) te laten deelnemen aan de chip-oorlog. Deze twee landen zijn belangrijke leveranciers van apparatuur voor de fabricage van halfgeleiders. Hen is gevraagd de export van de technologie naar China te stoppen, m.a.w. hun klanten op te geven. Nog niet bekend is in welke mate ze voor de druk van de VS zullen bezwijken.

Taal van de rede?

Deskundigen zoals Sven Biscop van het Egmont Instituut zien de bui hangen en adviseren een verstandige, typisch Europese, pragmatische houding. ‘Europa heeft niet de capaciteit om een significante militaire rol te spelen in Azië, maar economische afschrikking kan een krachtig instrument zijn van een verenigde EU. Dat is de boodschap die elke politicus die Taiwan (of China) bezoekt, moet brengen. Wat het Westen wel kan doen, is de weerbaarheid van Taiwan versterken, met name door de economische relatie verder te versterken. Maar niet door extraterritoriale beperkingen op te leggen aan de handel en investeringen van Taiwan met China, zoals de VS trachten te doen op het gebied van chips (waarin het ook de EU hoopt te beperken)’. Het is natuurlijk een open vraag of de grote broer op het oorlogspad dit zal goedvinden.

De voorgeschiedenis

Dit alles is al langer bezig. In zijn artikel Decoupling from China, Russia suicidal for Europe geeft Carlos Martinez van Friends of Socialist China een overzicht dat we hier samenvatten.

‘Obama en Hilary Clinton verlegden vanaf 2011 de geostrategische focus van de VS naar de inperking van China en noemden het The Pivot to Asia. Trump en zijn medewerkers startten een handelsoorlog, legden Chinese techbedrijven allerlei verboden op, uitten racistische beschuldigingen aan het adres van China, vooral rond de pandemie van het coronavirus, en voerden de eerste sancties in. De regering-Biden zet de handelsoorlog voort, verscherpt de sancties en creëert er nieuwe, ondermijnt het één-China-principe en spuit nog meer ongegronde laster over de mensenrechtensituatie in China. Intussen bouwt Washington verder aan de militaire omsingeling met basissen, patrouilles een grootscheepse manoeuvres’.

Net zoals indertijd met de oorlog tegen Irak, in het westen van Azië, is er nu sprake van de rekrutering van een coalition of the willing, landen die bereid zijn onder leiding van de VS oorlog te voeren, maar nu in het oosten van Azië en met planetaire risico’s.

Waarom nu de versnelling?

Hoe ver de ambitie reikt van de VS is nog niet helemaal duidelijk. Het kan zijn dat Washington enkel mikt op een escalatie van de economische en technologische oorlogsvoering. Dit om China te verleiden tot een wapenwedloop en de Amerikaanse wapenindustrie een boost geven, Aziatische landen tegen elkaar op te zetten en de economische en technologische opkomst van Azië te blokkeren.

Washington zal ongetwijfeld blijven streven naar een uitbreiding van sancties en van het verbod om handel te drijven en investeringen uit te wisselen met China en andere landen in de regio. Binnen het Amerikaanse establishment gaan er echter ook stemmen op van diegenen die beseffen dat sancties en ontkoppeling contraproductief zijn. Henry Paulson, voormalig minister van Financiën van de VS, merkt, ook in Foreign Affairs, op dat ‘Het China-beleid van de VS niet werkt, en Amerikanen op de lange termijn waarschijnlijk nog meer pijn zal doen dan Chinezen’. Westerse ondernemers begrijpen dat sancties China vooral stimuleren om zijn eigen technologie nog sneller te ontwikkelen.

oorlog
Straatbeeld Taipei, Taiwan 2020 (foto Xinhua) disclaimer

Redenen tot hoop

In het mondiale Zuiden zijn er meer en meer landen die weigeren toe te geven aan de roep om sancties niet alleen die tegen Rusland, maar ook tegen China, of andere landen die het recht claimen op een onafhankelijke ontwikkeling. De verdeeldheid en het besef over de zelfgekozen achteruitgang binnen de elite van de Verenigde Staten stimuleert blijkbaar een fractie binnen die elite om aan te dringen op een echte oorlog met alle risico’s die dat inhoudt. Dat kan de reden zijn waarom sommigen meer vaart willen zetten achter de escalatie, de rekrutering en de voorbereidingen van een echte oorlog. Het kan echter – en laten we dat hopen – een rem zijn op de Amerikaanse lust om Taiwanese levens op te offeren onder het mom van ‘bescherming van onze democratie en onze waarden’.

En wat doet China?

Hoopgevender is echter het beleid van China zelf. Beijing verzorgt zijn respectvolle internationale betrekkingen onder andere via het Belt and Road Initiative (de nieuwe zijderoutes), infrastructuurprojecten, voordelige leningen en gezamenlijke standpunten in de Verenigde Naties, zonder zich te mengen in de binnenlandse aangelegenheden. De Volksrepubliek wil goed overeenkomen met buurlanden en regionale partnerschappen zoals ASEAN en RCEP. Chinese diplomaten proberen een verdere verzuring van de relatie met de EU, Japan of Australië tegen te gaan. Beijing spant zich zelfs in om de ontspoorde verhouding met de VS weer op de rails te krijgen. Chinese politici en commentatoren reageren in feite zeer bedaard op de Amerikaanse oorlogskoorts: de Chinese pogingen om het ballon-incident beschaafd en vriendschappelijk op te lossen waren een voorbeeld. In feite levert deze houding het beste bewijs dat China niet op oorlog uit is en dat het oprecht was wat Xi Jinping in Bali zei tegen Biden: ‘China is niet van plan de Verenigde Staten uit te dagen of te verdringen’. Het bevestigt ook hoe Tsinghua professor Da Wei de herhaalde oproepen van Xi en de CPC om ‘door te gaan met de strijd’ interpreteert in het opmerkelijke opstel ‘Hoe China moet omgaan met de VS en de wereld’. ‘Strijden’ betekent in dit verband: niet alleen vechten, maar ook compromissen sluiten, elkaar ontwijken, en zelfs samenwerken om een verandering teweeg te brengen. Strijden is dus niet (altijd) hetzelfde als ‘oorlog voeren’.

Taiwan, vredesdividend?

Wel blijft de hereniging van de provincie Taiwan met de rest van China bovenaan de agenda van de Chinese bevolking en haar regering staan. Het is een zaak van territoriale integriteit, een belofte aan China gedaan na de Tweede Wereldoorlog[2] die eindelijk moet vervuld worden, en de beste garantie voor vrede in de Stille Oceaan. Beijing zal blijven proberen de Taiwanezen te overtuigen de huidige status quo in te ruilen voor een model van één land met twee systemen en tot een vergelijk te komen met andere politieke partijen op het eiland dan de separatisten. Een goed vertrekpunt is het feit dat China de grootste handelspartner van Taiwan is, goed voor ongeveer 25% van de totale handel – het dubbele van de VS. Het uitbreiden van de onderlinge contacten tussen verwanten en vrienden is nog een fundament op voort te bouwen.

Kunnen de VS en de NAVO worden gestopt?

Bij de herdenking van de massale protesten tegen de oorlog in Irak 20 jaar geleden heeft Jenny Clegg een advies aan vredes- en anti-oorlogsactivisten. ‘Wij moeten inspiratie putten uit die beweging en onze historische en internationale inzichten verdiepen om te mobiliseren voor een wereldwijde massabeweging. Dat kan een solide basis vormen waarop naties kunnen worden herenigd voor vrede en gemeenschappelijke veiligheid’. Laten we hopen dat een dergelijke beweging er komt en dat zij slaagt, daar waar de beweging tegen de oorlog in Irak heeft gefaald, en de agressie van VS & Co kan tegenhouden.

Bronnen: chroniclesofhaiphong.substack.com/ (blog van links commentator Danny Haiphong),  nato.int (website NAVO), foreignaffairs.com, Wikipedia, Financial Times, DeWereldMorgen, South China Morning Post, Bloomberg, Reuters,Chinamil.com (website van het Chinese Volksbevrijdingsleger),Washington Post, MRonline.org, blackagendareport.com, socialistchina.org, finance.yahoo.com, egmontinstitute.be, thinkchina.sg, morningstaronline.co.uk, epo.be, uitgeverijprometheus.nl, sinification.substack.com


[1] Drie recente boeken leveren uitgebreide en betrouwbare informatie over de Amerikaanse methodes om oorlogen voor te bereiden: Terugtrekken!, EPO 2022; Oorlogskoorts, EPO 2022, Spoken, Prometheus 2022.

[2] Churchill en Roosevelt ondertekenden in 1943 de Overeenkomst van Caïro met Chiang Kai-shek, toenmalig leider van China, waarin werd bepaald dat de door Japan op China veroverde gebieden, inclusief Taiwan, zouden worden teruggegeven aan China.

Print Friendly, PDF & Email