Li Keqiang scoort in Europa

Vicepremier Li Keqiang is terug thuis na een rondreis door Spanje, Duitsland en Groot- Brittannië. De onderminister voor Binnenlandse Zaken Fu Ying maakt de balans op. Uit westerse bronnen zijn interessante aanvullingen te halen.
Het bezoek van de Chinese vicepremier, die samen met Xi Jinping de voornaamste kandidaat is voor de opvolging van Hu of Wen, was voor China het startschot van een Europese campagne in 2011.
De EU en China hebben complementaire belangen: de ontwikkeling van de Volksrepubliek is gunstig voor Europa, terwijl anderzijds de welvaart en stabiliteit van het oude continent kansen biedt aan het opkomende land. Europa beschikt over de allernieuwste technologie, China over de grootste markt.

Eerst Spanje, dan Duitsland en Groot Brittannië
In Spanje wilde China het signaal geven dat het Madrid en de EU als geheel wil bijstaan in de overheidsschuldencrisis. Spanje heeft zijn tevredenheid uitgesproken over de positieve rol van Chinese investeerders in de geldmarkt en over de toenemende zaken die bedrijven uit beide landen samen doen.
In Duitsland was het vooral China dat zich tevreden toonde over samenwerking en verbeterd wederzijds respect. Het gastland bood de gast ondersteuning aan in de auto-industrie en bij projecten voor duurzame energie en milieubescherming. Beijing kreeg een uitnodiging voor de Hannover Messe 2012, wellicht de grootste industriebeurs ter wereld.
In Groot-Brittannië drong Li Keqiang nog eens aan op een gelijkwaardig partnerschap en wederzijds respect en hij kreeg er een aanbod voor meer samenwerking in de sectoren van de hogesnelheidstreinen, hoogwaardige industrie, duurzame energie en financiën. Met zijn collega Nick Clegg ging Li in Schotland een transactie bevorderen tussen oliemaatschappijen van beide partners, volgens de Schotse regering de redding van 2000 banen in hun land.
In de drie landen zijn er trouwens miljardencontracten afgesloten en is afgesproken elkaars bedrijven aan te moedigen om te investeren bij de ander.
Extra aandacht werd besteed aan uitwisselingen op het gebied van cultuur en soft power, via tentoonstellingen en de samenwerking van culturele instellingen.

Het lijstje van Li

Li Keqiang heeft ook goodwill gekweekt voor de erkenning van China als volwaardige markteconomie en voor de opheffing van het wapenembargo.
Technologische samenwerking mag volgens hem niet langer worden gehinderd door politieke of economische beperkingen.
De Chinese vicepremier heeft de standpunten van Beijing uiteengezet en verdedigd over protectionisme, de munt, regeringscontracten in China, intellectueel eigendom en zeldzame aardmetalen.
Hij heeft erop aangedrongen om niet langer te denken in termen van bilaterale relaties. De betrekkingen die Beijing met de EU wil zijn globaal, bijvoorbeeld door met twee samen te werken met een derde partner. Op dit punt had Li het meeste succes in Spanje waar de basis is gelegd voor een tripartite met Latijns-Amerika.
China heeft bij monde van Li uiteengezet hoe het zichzelf en zijn eigen ontwikkeling ziet: een derdewereldland dat vrede nastreeft, met prioriteit voor de welvaartsgroei volgens het principe van ‘de mensen eerst’.
Instemming  in het Westen
In de westerse media waren naast de bekende achterdochtige en waarschuwende geluiden ook optimistische en welwillende stemmen te vernemen.
Dat het handelsoverschot ten opzichte van 2009 met 6,4 % is gedaald werd met instemming waargenomen. Ook de diepgaande gesprekken die Li voerde over internationale en regionale kwesties kregen een hoopvolle pers.
Er viel in The Guardian een opmerkelijke reactie te lezen van Jonathan Fenby, die inging tegen de kreet dat ‘China de wereld opkoopt’. De Britse analist wees erop dat de buitenlandse investeringen in China twee keer zo groot zijn als de Chinese in het buitenland, dat die trend nog lang niet aan een omkering toe is en dat de VS en Groot Brittannië nog steeds vele malen meer in het buitenland investeren dan de Volksrepubliek. Fenby schreef ook dat Li Keqiang in Duitsland geen bedrijven had gekocht, maar voor de import in China van Duitse producten had gezorgd en dat de auto-industrie van de VS, Japan en Europa veel winst haalt uit de groei van de sector in China. Tegen deze winst valt het belang (of de bedreiging) van het feit dat China een bedrijf als Volvo koopt in het niet.
Ook Jan Egeland, de directeur van het Noorse Institute of International Affairs, prees China in een artikel dat verscheen in de Noorse krant Afterposten, in de Chinese People’s Daily en op de website van de BBC. Volgens Egeland is er weliswaar sprake van enig welbegrepen eigenbelang (‘kredietverschaffers hebben geen belang bij het failliet van hun ontleners’), maar is het Chinese beleid toch overwegend vriendelijk en vrij van rancune over het neokolonialisme. De Noorse analist heeft de geldsommen waarmee Beijing bijspringt in Griekenland, Ierland en nu weer Spanje vergeleken met het geld dat de VS onbekommerd uitgeeft aan oorlogsvoering Irak en Afghanistan.
Li Keqiang zal het met plezier hebben gelezen.
Bronnen: Xinhua, The Guardian, BBC
zie ook
http://www.chinasquare.be/actueel-nieuws/li-keqiang-van-duitsland-naar-vk/
Zie ook CNTV uitzending Dialogue over het bezoek en de EU-China relaties
en
http://www.chinasquare.be/actueel-nieuws/li-keqiang-in-europa/

Print Friendly, PDF & Email

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *